Uit het vizier

Wat gebeurde er met de voorgenomen doelstellingen van 2011 tot bezuinigingen op defensiebegroting?

De Algemene Rekenkamer heeft onderzoek gedaan naar bezuinigingsmaatregelen uit de beleidsnota Defensie na de kredietcrisis, uit 2011. Het doel van dit rapport is om lessen te trekken voor de toekomst door te leren van het verleden. Uit vorige crises weten we dat de maatschappelijke gevolgen van maatregelen niet altijd duidelijk bekend waren.

Uitkomsten onderzoek: geen van de bezuinigingen is gehaald

10 jaar na de bezuinigingsoperatie constateren wij dat geen van de vier onderzochte bezuinigingsdoelstellingen (het afstoten van mijnenjagers, transporthelikopters en gevechtstanks en de verhuizing van de marinierskazerne) zijn gerealiseerd. Hierdoor is in deze periode op de vier casussen 46%, oftewel € 423 miljoen cumulatief, minder bezuinigd dan beoogd in de Beleidsbrief.2 De van alle casussen opgetelde verkoopopbrengsten liggen minimaal € 22 miljoen lager dan geraamd. Voor de tegenvallende verkoopopbrengsten is de minister vanuit de schatkist gecompenseerd, terwijl de reden voor de lage verkoopprijs vooral de slechte staat van het onderhoud was. Uit ons onderzoek blijkt dat de bezuinigingen anders uitgevoerd zijn dan in 2011 werd beoogd en dat af te stoten materieel vaak toch wordt aangehouden en zelfs wordt uitgebreid. Dat is vanuit het oogpunt van de bezuiniging niet doeltreffend. Deze veranderingen zijn weliswaar aan het parlement gemeld, zij het vaak summier, maar hierbij is het verband met de beoogde bezuinigingen niet gelegd. Het is voor het parlement daarom niet inzichtelijk of er ook daadwerkelijk minder geld wordt uitgegeven.

Waarom deden we onderzoek naar de bezuinigingen bij Defensie?

Het doel van dit rapport is om lessen te trekken voor de toekomst door te leren van het verleden. Uit vorige crises weten we dat de maatschappelijke gevolgen van maatregelen niet altijd duidelijk bekend waren. Vanuit onze onderzoeksreeks Zicht op Bezuinigingen en Kosten en opbrengsten van saldoverbeterende maatregelen, die gingen over bezuinigingen na de kredietcrisis, bleek bovendien dat de verwachte opbrengsten van maatregelen lang niet altijd gehaald werden. Voor parlement was de realisatie van bezuinigingen vervolgens nauwelijks te volgen. Daarom hebben wij in dit onderzoek de bezuinigingen bij het Ministerie van Defensie ontleed via het af te stoten materieel. Door dit materieel door de tijd te volgen, konden wij ditmaal wel de realisatie en de besluitvorming volgen.

Uit ons onderzoek trekken wij 7 lessen die wij willen meegeven aan kabinet en parlement. Wij publiceren dit rapport daarom kort na de verkiezingen, in afwachting van een nieuw regeerakkoord en nieuw kabinetsbeleid. Dat gebeurt in tijden van corona, die grote invloed heeft op de overheidsfinanciën en de manier waarop beleid wordt gemaakt. Wij hopen dat hierbij kan worden geleerd van het verleden.

Welke methoden hanteerden wij in ons onderzoek ?

Voor de beantwoording van de onderzoeksvragen hebben wij ons gebaseerd op openbare bronnen zoals Kamerstukken), bij het Ministerie van Defensie opgevraagde stukken zoals interne nota’s, businesscases en besluitvormingsstukken. Daarnaast hebben wij data over ramingen en realisaties, zoals het rekenmodel, wapensysteemsjablonen, normeringssheets gebruikt. Naast deze documentstukken hebben wij onze bevindingen geverifieerd in interviews en in twee bevindingen- en explicatiesessies met meest betrokkenen. Verdere triangulatie hebben wij verkregen door beperkt ambtelijke stukken op te vragen bij het Ministerie van Financiën en het Ministerie van Justitie en Veiligheid. Voor iedere casus is een nota van bevindingen opgesteld. De betrokken ministeries hebben feitelijke onjuistheden aangetekend in het zogenaamde ambtelijk hoor en wederhoor. Deze 4 nota’s bevatten de feitenbasis voor dit rapport. In deze nota’s zijn de uit de hoofdvraag voortvloeiende normen beoordeeld.

Stand van zaken

Het onderzoek is gepubliceerd op dinsdag 13 april 2021.