Btw op grensoverschrijdende digitale diensten

Handhaving door de Belastingdienst

De groei van e-commerce betekent tegelijkertijd een risico voor de heffing van btw. Wij hebben onderzocht in hoeverre de Belastingdienst sinds 2015 heeft gehandhaafd op de naleving van de btw-verplichtingen bij grensoverschrijdende levering van digitale diensten (zoals films, games, gegevensopslag). Sinds dat jaar kunnen ondernemingen voor de omzetbelasting hierover terecht bij één loket, het ‘Mini-One-Stop-Shopsysteem’. In 2021 wordt dit systeem uitgebreid met goederen. Hierdoor zal het financieel belang dat met btw-heffing is gemoeid en dus ook het belang van handhaving flink groeien.

Handhaving op naleving van btw-verplichtingen bij grensoverschrijdende dienstverlening moet versterkt worden

Uit het onderzoek blijkt dat er tekortkomingen zijn. De conclusie is dan ook dat de Belastingdienst de handhaving op de naleving van btw-verplichtingen bij grensoverschrijdende digitale dienstverlening moet versterken. De snel voortschrijdende internationalisering van de economie en de uitbreiding van het ‘Mini-One-Stop-Shopsysteem’ in 2021 maken dat noodzakelijk. Dit stelt de Belastingdienst voor een grote uitdaging.

Digitale diensten, waaronder telecommunicatie-, omroep- en elektronische diensten, vormen een specifieke categorie van e-commerce

Ons onderzoek richt zich op digitale diensten. Digitale diensten waaronder telecommunicatie-, omroep- en elektronische diensten, vormen een specifieke categorie van e-commerce.

Wat zijn onze aanbevelingen?

De Belastingdienst kan de handhaving op de naleving van btw-verplichtingen versterken door:

  • het ‘Mini-One-Stop-Shopsysteem’ beter in te richten;
  • signalen uit te wisselen met andere EU-lidstaten;
  • risicoanalyses te maken;
  • onderzoek op internet te doen om ontduiking op te sporen;
  • initiatief te nemen om de samenwerking met EU-belastingdiensten te verbeteren.

Waarom onderzochten we de handhaving op de naleving van btw-verplichtingen bij grensoverschrijdende diensten?

Onvoldoende grip op e-commerce kan leiden tot een aanzienlijke belastingderving. Met de uitbreiding in 2021 van het ‘Mini-One-Stop-Shopsysteem’ met goederen zal het financieel belang dat met btw-heffing is gemoeid flink groeien en neemt dus ook het belang van handhaving toe.

Welke methoden hanteerden wij in ons onderzoek naar de handhaving op de naleving van btw-verplichtingen bij grensoverschrijdende diensten?

Ter beantwoording van de onderzoeksvragen hebben we o.a. relevante (beleids)documenten bestudeerd en interviews gehouden met functionarissen van de Belastingdienst en van het Ministerie van Financiën. Om kwantitatieve gegevens over de ‘Mini-One-Stop-Shopsysteem’-aangiften te verkrijgen, hebben wij data-analyses toegepast op gegevens die de Belastingdienst via systeemquery’s heeft verzameld. Bij de beantwoording van onze onderzoeksvragen hebben we onze bevindingen waar mogelijk vergeleken met die van EU-rekenkamers met wie wij samenwerken op het terrein van btw, en die eveneens op dit terrein onderzoek doen of hebben gedaan.

Stand van zaken

De staatssecretaris van Financiën heeft op 8 november 2018 gereageerd op ons onderzoek. Het onderzoek is gepubliceerd op woensdag 28 november 2018.