Tweede Kamer, grijp uw kans voor een vinger in de pap bij stijging zorgkosten | Opinieartikel in de Volkskrant van 19 oktober 2021

Weblog

Het kabinet verwacht dat volgend jaar de zorguitgaven ruim 86 miljard euro bedragen. Het parlement heeft slechts over een fractie daarvan iets te zeggen. Tijd om die zeggenschap uit te breiden nu wordt onderhandeld over uitgavenplafonds.

Door Ewout Irrgang

Patiëntenvereniging Spierziekten Nederland reageert eerder deze maand opgetogen als de staatssecretaris van VWS het geneesmiddel Zolgensma besluit te vergoeden via het basispakket. Hierdoor kunnen de ouders van baby’s die aan de zeldzame spierziekte SMA lijden deze gentherapie vergoed krijgen. Staatssecretaris Blokhuis heeft dit resultaat kunnen melden nadat hij samen met België en Ierland over de prijs had onderhandeld met farmaceut Novartis.

Gentherapieën worden tot de innovatieve geneesmiddelen gerekend die soelaas kunnen bieden voor zeldzaam voorkomende ziekten als spinale musculaire atrofie. Deskundigen hebben voorspeld dat er de komende jaren veel van zulke nieuwe, maar vaak peperdure medicijnen beschikbaar komen. De Algemene Rekenkamer heeft in onderzoek naar geneesmiddelenprijzen in 2020 vastgesteld dat het steeds moeilijker wordt de totale medicijnenuitgaven in de hand te houden. Gerichte prijsonderhandelingen met geneesmiddelenfabrikanten kunnen helpen om de sterke geneesmiddelenuitgaven wat te dempen. Als in internationaal verband onderhandelingsresultaten worden geboekt, is dat voor de relatief kleine Nederlandse markt gunstig.

De branchevereniging Innovatieve Geneesmiddelen bevestigt het beeld van steeds meer nieuwe therapieën en middelen. De wachttijden in Nederland lopen op voordat een nieuw medicijn wordt toegelaten, klaagt VIG.

Overheid en zorgsector worstelen met het dilemma. Want het is mooi dat er steeds meer geneesmiddelen komen die een uitkomst bieden bij weinig voorkomende, maar zeer ernstige ziekten. Kamerleden dringen geregeld bij bewindspersonen aan op snelle toelating. Maar zij zien tegelijk dat dure nieuwe medicijnen de budgetten uitputten. Of een minister of staatssecretaris het uiterste uit de onderhandelingen heeft gehaald, moeten Kamerleden meestal maar aannemen. Veel informatie krijgen zij er niet over, omdat het vaak over bedrijfsvertrouwelijke gegevens gaat die farmaceuten liever niet bekend maken.

Het parlement staat vaker op achterstand als het gaat om keuzes in de zorguitgaven. Waar kan de uitgavengroei getemperd worden? De Volkskrant schreef er 18 oktober over in het artikel Deze ingrepen helpen de zorg betaalbaar te houden.

Een sprekend voorbeeld was toen in 2015 de staatssecretaris veldpartijen vroeg om een kwaliteitskader voor de zorg in verpleeghuizen te ontwikkelen. Dat kwam er, werd overgenomen door het Zorginstituut en leidt op termijn tot jaarlijks hogere uitgaven van € 2,1 miljard. Kamerleden hadden geen formele mogelijkheid deze uitgavenstijging te beïnvloeden, omdat in de wet staat dat veldpartijen bepalen wat de kwaliteit van zorg moet zijn. Een wet die eerder goedgekeurd is door hetzelfde parlement.

De zorguitgaven worden voor het leeuwendeel betaald uit verplichte premies die werknemers en werkgevers afdragen. En daarover heeft de Kamer, vanwege afspraken uit het verleden, relatief weinig te zeggen. Het budgetrecht van het parlement geldt niet als uitgaven premiegefinancierd zijn. Om u een beeld te geven: het kabinet verwacht dat volgend jaar de totale zorguitgaven ruim € 86 miljard bedragen. Daarvan loopt € 2 miljard via de begroting van VWS. Die begroting moet het parlement goedkeuren - over de premies hebben volksvertegenwoordigers minder te zeggen.

Dat geldt niet alleen in de zorg, maar ook bij de sociale zekerheid. Wordt premiegeld om deels arbeidsongeschikten weer aan werk te helpen effectief ingezet? Ministers hoeven de Kamer over premiegefinancierde sectoren minder informatie te verstrekken. Zo wordt de AOW voor twee derde betaald uit premiegeld. De financiering van de ouderdomsregeling is inmiddels zo ingewikkeld, dat een Kamerlid er maar moeilijk wijs uit wordt.

Nu wordt het interessant, omdat aan de tafel van de kabinetsinformateurs wordt onderhandeld over toekomstige uitgaven. Dan worden de zogenoemde uitgavenplafonds voor zorg, sociale zekerheid en de rijksbegroting voor 4 jaar vastgelegd. Daar zitten Kamerleden aan het stuur om afspraken te maken. Over het zorgstelsel, de arbeidsmarkt, de sociale voorzieningen en de financiering van dit alles. En dus ook over de informatie die een volgend kabinet aan de Kamer moet geven hoe en tegen welke prijs doelen bereikt gaan worden. Het moment bij uitstek voor de Kamer om zichzelf minder buitenspel te zetten.

Ewout Irrgang is collegelid van de Algemene Rekenkamer