Systematiek inzetbaarheidsberekening jachtvliegtuigen

In de nota In het belang van Nederland verzekert de minister van Defensie dat de krijgsmacht met 37 JSF’s én permanent het Nederlandse luchtruim kan bewaken én langdurig met 4 toestellen elders in de wereld een missie kan uitvoeren én goed getraind kan blijven. 

De minister onderbouwt in de DMP D-brief haar verzekering met deze berekening: 

Systematiek berekening Defensie voor jaarlijkse inzetbaarheid jachtvliegtuigen

Systematiek berekening Defensie voor jaarlijkse inzetbaarheid jachtvliegtuigen
  • Van de 37 toestellen blijven er 5 in de VS voor opleiding nieuwe vliegers voor de JSF en als testtoestel.
  • De 32 toestellen in Nederland zullen elk jaarlijks 210 vlieguren maken (de totale levensduur van een toestel is 8.000 vlieguren). Dat zijn 6.720 vlieguren per jaar in totaal.
  • Om een vlieger combat ready te maken, zijn er per jaar 180 vlieguren nodig (voor het Jaarlijks Oefen Programma, JOP). 
  • Niet alle 6.720 vlieguren dragen echter bij aan de JOPs; ongeveer 20% van de tijd moet ervan worden afgetrokken. Dat betekent dat er 29 vliegers getraind kunnen worden om combat ready te zijn.
  • Voor een volwaardige training plus de bewaking van ons luchtruim is steeds een groep van 20 vliegers nodig.
  • Daardoor blijven er 9 vliegers over voor inzet. Uitgaande van de NAVO-norm van 2 vliegers per toestel, berekent Defensie dat er 4 JSF-toestellen beschikbaar zijn voor inzet.

Afhankelijk van samenwerking met België

Training en QRA worden bij toerbeurt door 1 pool van vliegers uitgevoerd. De luchtmacht heeft hiervoor normaal gesproken een pool van 24 vliegers nodig. Maar door de bewaking van het nationale luchtruim (de QRA-taak) samen met België uit te voeren, zijn er minder vliegers nodig: geen 24 vliegers in de pool, maar slechts 20, berekent de luchtmacht. Volgens de minister van Defensie levert dit dus een besparing van 4 vliegers op die hierdoor beschikbaar zijn voor inzet op missies. De inzetbaarheid van de JSF die de minister van Defensie ons verzekert, is dus afhankelijk van de Nederlands-Belgische samenwerking. 
Inmiddels hebben Nederland, België en ook Luxemburg een verdrag hiervoor gesloten. De samenwerking wordt in praktijk gebracht sinds 1 januari 2017. Nederland en België leveren bij toerbeurt jachtvliegtuigen voor de luchtruimbewaking van het hele Benelux-gebied.