Algemene Rekenkamer onderzoekt hoeveel kosten overheid maakt na neerhalen MH17

De Algemene Rekenkamer onderzoekt welke kosten de Nederlandse overheid heeft gemaakt als gevolg van het neerhalen op 17 juli 2014 van het passagiersvliegtuig MH17 van Malaysia Airlines boven het oosten van Oekraïne.

Dit onderzoek zal inzicht in en zekerheid geven over de kosten die door ministeries, gemeenten en andere overheidsinstanties zijn gemaakt sinds het neerhalen van het vliegtuig op de vlucht van Amsterdam naar Kuala Lumpur. Daarbij zijn alle 298 passagiers en bemanningsleden om het leven gekomen, onder wie 196 Nederlanders.

Ministers kunnen, net als de Kamers van het parlement, de Rekenkamer volgens de Comptabiliteitswet 2016 verzoeken onderzoek naar een specifiek onderwerp uit te voeren. Het college van de Algemene Rekenkamer bepaalt zelfstandig of en hoe een dergelijk verzoek gehonoreerd wordt. In dit geval heeft de minister-president, namens het kabinet, per brief van 21 juni 2021 om dit onderzoek verzocht. Dit verzoek is door het college op 3 november 2021 gehonoreerd; de eerste onderzoeksactiviteiten lopen inmiddels.
Het onderzoek wordt uitgevoerd vanuit de (grond)wettelijke onafhankelijke positie van de Algemene Rekenkamer, bekostigd vanuit het bestaande budget en uitgevoerd met inachtneming van de internationale principes en standaarden voor nationale rekenkamers.

Het is nog niet bekend wanneer dit onderzoek afgerond zal zijn en gepubliceerd wordt.