Asielstroom 2014–2016: een cohort asielzoekers in beeld

De Algemene Rekenkamer concludeert dat betrokken instanties binnen de asielketen veerkracht hebben getoond bij de grote instroom asielzoekers. Onderzoek naar de asielinstroom in de periode 2014 – 2016 laat zien dat Dublinafspraken niet goed worden nageleefd. Op basis van dat verdrag kan Nederland asielzoekers overdragen aan de EU-lidstaat waar zij als eerste werden geregistreerd. Onderzoek van de Algemene Rekenkamer toont aan dat slechts 14,8% van de zogenoemde Dublinclaims leiden tot daadwerkelijke overdracht. EU-lidstaten die van Nederland verzoeken krijgen om een asielzoeker over te nemen, zijn daartoe niet in dezelfde mate bereid.

Voor de Algemene Rekenkamer vormde de vluchtelingencrisis van 2015 aanleiding om onderzoek te doen naar de feiten en cijfers rond de asielinstroom in die periode. Na jaren van gematigde instroom, steeg in 2015 het aantal asielzoekers flink.

In de periode van de vluchtelingencrisis werd ongeveer 60% van de asielaanvragen in Nederland ingewilligd. Het gaat vooral om vluchtelingen uit Syrië en Eritrea. In het kielzog van de grote instroom van vluchtelingen uit deze landen kwamen ook veel asielzoekers naar Nederland uit veilige landen zoals Marokko en Algerije. Bijna al deze asielaanvragen (98,4%) werden niet ingewilligd.

Europese afspraken over terugsturen asielzoekers worden niet nageleefd

Steeds meer asielzoekers die in Nederland asiel aanvragen, stonden al geregistreerd in een ander Europees land. In die gevallen kan Nederland een beroep doen op de Dublinafspraken en deze asielzoekers overdragen aan het land van eerste registratie. Gemiddeld over de periode 2014 en 2016 kan een kwart van de asielzoekers in verband worden gebracht met een ‘Dublinprocedure’. Eind 2016 is dat opgelopen naar iets meer dan de helft van de asielzoekers in Nederland.

Uit onderzoek van de Algemene Rekenkamer blijkt dat effectuering van deze ‘Dublinclaims’ van Nederland naar andere EU-lidstaten lager is dan tot nu toe werd aangenomen. Van de 19.979 claims die Nederland tussen 2014 en 2016 bij andere EU-lidstaten neerlegde, bleken er eind 2016 slechts 2.953 (14,8%) te zijn geëffectueerd. De verschillen tussen individuele lidstaten als het gaat om de aantallen asielzoekers die van Nederland werden overgenomen, zijn groot.

Grote verschillen in effectuering Dublinclaim Europese landen

Figuur introtekst Asielstroom

Waarom onderzochten wij de asielketen?

Voor de Algemene Rekenkamer vormde de vluchtelingencrisis van 2015 aanleiding om onderzoek te doen naar de feiten en cijfers rond de asielinstroom in die periode.

Welke normen & methoden gebruikten wij in ons onderzoek naar de asielketen?

Asielprocedures draaien om beslissingen over individuele mensen of gezinnen met een eigen vluchtverhaal. In deze individuele procedures zijn vermoedelijk niet alleen dingen goed gedaan, maar ook fout. Op dat niveau hebben wij echter geen onderzoek gedaan en daarover doen we in dit rapport dus ook geen uitspraken.

Wij hebben gekeken of we patronen konden ontdekken in de procedurele gegevens over asielzoekers in Nederland. Daarvoor hebben we kwantitatieve informatie over asielzoekers opgevraagd bij verschillende organisaties die betrokken zijn bij het asielproces. Aan de hand van deze data hebben we het proces gevolgd dat asielzoekers doorlopen. Op deze manier wilden we kijken wat er gebeurt vanaf het moment van aankomst in Nederland tot en met de toekenning van een verblijfsvergunning c.q. de afwijzing van het asielverzoek en het vertrek uit Nederland. Voor de duiding van de uitkomsten uit de data-analyse hebben we navraag gedaan bij de diverse organisaties die bij het asielproces betrokken zijn. Daarnaast hebben we gebruik gemaakt van parlementaire documentatie en onderzoek van derden.

Stand van zaken

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie heeft op 23 mei 2018 een reactie gegeven op ons onderzoek.