Rapport bij de Nationale verklaring 2015

Oordeel bij de verantwoording van de lidstaat Nederland over de Europese fondsen in gedeeld beheer

Met de Nationale verklaring legt het kabinet verantwoording af aan de Europese Commissie en de Tweede Kamer over het beheer en de rechtmatigheid van Europese subsidies waarover Nederland en de Europese Commissie samen het beheer voeren. In dit rapport oordelen wij dat de Nationale verklaring 2015 een deugdelijke kwalificatie geeft van het functioneren van de beheers- en controlesystemen en van de rechtmatigheid van de financiële transacties. Wij oordelen verder dat de Nationale verklaring 2015 deugdelijk tot stand is gekomen. Zonder afbreuk te doen aan onze oordelen, vragen wij aandacht voor verbeterpunten in de beheers- en controlesystemen van o.a. het Europees Visserijfonds en EFRO West. Ook geven we , net als in eerdere jaren, het kabinet in overweging afdrachten in de Nationale verklaring op te nemen. Wij vinden dat het beheer van de afdrachten onderdeel behoort te zijn van een Nationale verklaring. Dan ontstaat een EU-verantwoording per lidstaat over zowel de inkomsten vanuit de EU (subsidies) als de afdrachten aan de EU.

Nationale verklaring 2015

De Europese Commissie kan de Europese subsidies bekostigen uit middelen die door de lidstaten worden afgedragen. Over het beheer van deze afdrachten aan Europa is in de Nationale verklaring geen informatie opgenomen. Dat betekent dat via de Nationale verklaring geen verantwoording wordt afgelegd over bijvoorbeeld de (netto) naheffing door de Europese Commissie van € 642,7 miljoen in het najaar van 2014. We dringen er bij de minister van Financiën opnieuw op aan ook de Nederlandse afdrachten aan de Europese Unie in de Nationale verklaring op te nemen. Het kabinet neemt de overwegingen om afdrachten aan de EU-begroting op te nemen in de Nationale verklaring helaas niet over, onder verwijzing naar een eerder ingenomen standpunt daarover en het feit dat het uiteindelijke netto-effect van een naheffing afhankelijk is van wijzigingen in andere lidstaten.
Wij benadrukken dat opname van de EU-afdrachten de Nationale verklaring zou completeren. Wij denken dat opname van afdrachten in de Nationale verklaring bovendien kan bijdragen aan meer inzicht in de systematiek voor mogelijke naheffingen. Daarmee kan worden vermeden dat naheffingen telkens als een verrassing worden ervaren.

Reactie kabinet en nawoord Algemene Rekenkamer

Op 13 mei 2015 ontvingen wij van de minister van Financiën een kabinetsreactie op ons conceptrapport. Het kabinet waardeert het oordeel van de Algemene Rekenkamer over de Nationale verklaring 2015 en zal blijvende aandacht hebben voor de juiste besteding van EU-middelen om het huidige, positieve beeld te handhaven. Wij stellen met genoegen vast dat het kabinet (de strekking van) de aanbevelingen bij ons oordeel bij de Nationale verklaring overneemt en waar nodig concrete verbetermaatregelen treft.

Over de Nationale verklaring

Met de Nationale verklaring legt het kabinet verantwoording af aan de Europese Commissie en de Tweede Kamer over het beheer en de rechtmatigheid van Europese subsidies waarover Nederland en de Europese Commissie samen het beheer voeren. Ook Denemarken en Zweden geven evenals Nederland met deze jaarlijkse en vrijwillige  verantwoording het goede voorbeeld. De parlementen van deze drie lidstaten kunnen mede hierdoor verantwoordelijke bewindspersonen aanspreken op (verbeteringen in) het beheer van EU-subsidies. Helaas hebben deze initiatieven nog niet tot navolging in andere lidstaten geleid. Dat is volgens ons wel nodig om meer grip te krijgen op de besteding van EU-gelden in de lidstaten van de EU. De lidstaten besteden circa 80% van de EU-gelden in gedeeld beheer met de Europese Commissie.

Op http://www.eu-verantwoording.nl/ biedt de Algemene Rekenkamer actuele informatie aan over de besteding van EU-geld en de verantwoording.