Intensivering toezicht en invordering bij de Belastingdienst

Voorbeeld van een ‘business case’ bij de rijksoverheid

De Belastingdienst krijgt sinds 2013 € 150 miljoen per jaar erbij om meer controles en meer invorderingsactiviteiten te kunnen uitvoeren. Dit moet extra belastingopbrengsten opleveren. Het plan is door de dienst uitgewerkt in een ‘business case’. Is deze business case een succes geworden?

Conclusies

Opbrengst investeringen in Belastingdienst niet duidelijk

De Belastingdienst blijkt geen directe relatie te kunnen leggen tussen de investeringen die zijn gedaan met het extra budget en de ontwikkeling van de belastingopbrengsten. Dit komt door verscheidene factoren.
Om te beginnen zijn de Belastingdienstmedewerkers die in 2013 en 2014 waren aangetrokken voor de intensivering van het toezicht en de invordering, niet afzonderlijk geregistreerd. Dit was binnen het personeelssysteem van de dienst niet mogelijk. Daardoor kan er achteraf geen relatie worden gelegd tussen de uitgaven voor het werven en opleiden van nieuwe medewerkers en de opbrengsten ervan.
Daarnaast is geld dat bestemd was voor de business case in een aantal gevallen besteed aan andere activiteiten. En sommige maatregelen die deel uitmaakten van de business case, zijn niet of anders uitgevoerd dan oorspronkelijk gepland. Het leggen van een zuivere relatie tussen de investeringen en de opbrengsten wordt daardoor nog verder bemoeilijkt.
Het is al met al onduidelijk wat het extra geld dat in 2013 en 2014 in de Belastingdienst is gestoken, heeft opgeleverd. De Tweede Kamer weet daardoor niet of het extra geld dat aan de Belastingdienst is toegekend, wel doelmatig en effectief is besteed.

Vereisten rond personeel en ICT-ondersteuning onderschat

Ook organisatorisch is er het nodige mis gegaan tijdens de uitvoering van de business case. Zo heeft de Belastingdienst bij het opstellen van de plannen te licht gedacht over de tijd die moest worden uitgetrokken voor de werving en selectie van extra personeel en de benodigde opleidingen. In de praktijk bleek dit een veel grotere opgave dan voorzien.

Tweede Kamer alleen op hoofdlijnen geïnformeerd

De Tweede Kamer is van meet af aan alleen op hoofdlijnen geïnformeerd over de intensivering van de toezichts- en invorderingswerkzaamheden bij de Belastingdienst. Het is op basis van deze informatie wel mogelijk om vast te stellen of de beloofde extra belastingopbrengsten zijn gehaald, maar niet of dit is te danken aan het extra budget dat aan de Belastingdienst is toegekend. De Tweede Kamer kan zodoende niet bepalen of de Belastingdienst de doelen van de business case heeft gerealiseerd zoals beoogd.

Aanbevelingen

Aan de minister van Financiën

De minister van Financiën bevelen wij aan om voortaan bij de ontwikkeling van business cases van tevoren de monitoring goed te organiseren. Achteraf moet een transparante verantwoording over de relatie tussen investeringen en opbrengsten mogelijk zijn. Deze aanbeveling geldt in het bijzonder voor de uitwerking van de toekomstplannen voor de Belastingdienst, de zogenoemde Investeringsagenda.

Wij bevelen de minister van Financiën daarnaast aan om door te gaan met het verbeteren van de effectiviteit van de belastinginvordering. Dit vereist dat de minister gaat werken aan meer zicht op de omvang van de gemiste belastinginkomsten oftewel de ‘tax gap’. Welke groepen van belastingplichtigen dragen (al dan niet moedwillig) te weinig belasting af? Met informatie hierover kan de capaciteit van de Belastingdienst gerichter worden ingezet, namelijk daar waar de ‘tax gap’ het grootst is. Wij denken dat een gerichte analyse van de ‘tax gap’ past binnen de Investeringsagenda. Intelligent gebruik van data voor beter toezicht vormt hierin één van de centrale elementen.

Aan de Tweede Kamer

Wij bevelen de Tweede Kamer aan om bij de behandeling van toekomstige investeringsplannen van ministers expliciet aandacht te vragen voor een transparante verantwoording, waarin de relatie tussen investeringen en opbrengsten zichtbaar en volgbaar wordt gemaakt.

Aan minister en Tweede Kamer gezamenlijk

Wij bevelen zowel de minister van Financiën als de Tweede Kamer aan om in de toekomst oog te hebben voor het gegeven dat voor het doelmatiger functioneren van een uitvoeringsdienst als de Belastingdienst veelal een initiële investering nodig is, bijvoorbeeld in de ICT.

Reactie minister van Financiën

De minister van Financiën is het eens met onze conclusies. Dat onduidelijk is wat de investeringen in de Belastingdienst precies hebben opgeleverd nuanceert de minister door erop te wijzen dat dat wel aannemelijk is gemaakt dat de extra belastingontvangsten het resultaat zijn van de extra inspanningen.

Voorts geeft de minister aan dat de Tweede Kamer in de halfjaarsrapportages en de jaarverslagen van het Ministerie van Financiën steeds is geïnformeerd over de realisatie van het belangrijkste doel van de business case intensivering toezicht en invordering, het genereren van extra belastingopbrengsten.

De minister geeft verder aan te hebben geleerd van de business case en deze lessen mee te zullen nemen in de opzet van de monitoring van de toezichtsactiviteiten in het kader van de Investeringsagenda.

Wij zullen blijven volgen hoe de minister bij de uitvoering van de Investeringsagenda invulling geeft aan de lessen die zijn geleerd uit de business case op het punt van planning, monitoring en rapportage.