Inzicht in kwaliteit

Operatie geslaagd?

Ministeries besteden veel energie aan initiatieven die beter zichtbaar moeten maken waartoe rijksbeleid leidt. Deze uitkomst van de ‘Operatie inzicht in kwaliteit’, uitgevoerd door het kabinet-Rutte III en onderdeel van het regeerakkoord, neemt niet weg dat de onderbouwing van (voornemens tot) beleid vaak onvoldoende is. Daarnaast wordt op ministeries vrijwel nooit de vraag gesteld of bestaand rijksbeleid wel voldoet, of beter kan worden gestaakt.

Dat staat in het onderzoeksrapport Inzicht in kwaliteit – operatie geslaagd? Doel van de kabinetsoperatie Inzicht in kwaliteit is om de maatschappelijke impact van beleid te vergroten.
De uitwerking van de kabinetsoperatie is onderzocht aan de hand van onder meer de helft van alle initiatieven van ministeries, bedoeld om meer inzicht te krijgen in beleidsresultaten en hiervan te leren.

Het onderzoek van de Algemene Rekenkamer, gepubliceerd op 21 april 2021, wijst onder meer uit dat de aandacht voor leren uit evaluaties op het Ministerie van EZK beter is ingebed dan bij veel andere ministeries. Maar vrijwel nergens stellen ministeries vragen over de wenselijkheid van beleid en worden leerpunten uit evaluaties consequent opgepakt.

De kwalteit van de onderbouwing van beleid is te vaak onvoldoende

Inzicht in kwaliteit

Ruim eenderde wetsvoorstellen bevat voldoende informatie

Van alle 26 wetsvoorstellen die ministers van juni tot november 2020 naar de Kamer stuurden, is er in bijna twee derde van de gevallen onvoldoende informatie over de onderbouwing van beleid, aldus de Algemene Rekenkamer. Van een derde van deze voorstellen was de informatie wel voldoende.

Onderbouwing beleid is hardnekkig probleem

In 2019 heeft de coördinerend minister van Financiën vastgesteld dat bewindspersonen bij voorstellen voor nieuw beleid lang niet altijd aangeven welke effecten zij voorzien, en dat dit beter moet omdat de in 2018 aangepaste Comptabiliteitswet zo’n inschatting vooraf wel voorschrijft. Inzicht in doelmatigheid en doeltreffendheid van beleid moeten vanzelfsprekend worden, meent de Rekenkamer. Het verkleint de kans dat publiek geld wordt verspild, tot maatschappelijk ongewenste uitkomsten leidt en maakt later goede publieke verantwoording mogelijk. Vandaar dat ook de vraag gesteld moet worden of het beter is met bepaald beleid te stoppen.

In ons rapport concluderen we dat de inspanningen voor onderbouwing van het rijksbeleid in de komende kabinetsperiode meer aandacht en tijd verdienen.

Waarom onderzochten wij de onderbouwing van beleid?

Onder de noemer Operatie inzicht in kwaliteit zijn er sinds medio 2018 door het kabinet diverse initiatieven in gang gezet om te komen tot een betere onderbouwing van beleid vooraf, monitoring, bijsturing, tussentijdse evaluatie gedurende de uitvoering van beleid en een goede evaluatie achteraf. Het uiteindelijke doel met de operatie is om de maatschappelijke toegevoegde waarde van publiek geld te vergroten door meer inzicht in de impact van beleid te krijgen en daar naar te handelen. Wij hebben met dit onderzoek willen vaststellen waar dit toe heeft geleid.

Stand van zaken

In een schriftelijke reactie op de onderzoeksbevindingen heeft de minister van Financiën gereageerd op de bevindingen en conclusies van dit onderzoek. Hij gaat daarbij niet expliciet in op de aanbevelingen die de Algemene Rekenkamer doet.
Het rapport is op 21 april 2021 aan de Tweede Kamer toegelicht en gepubliceerd.