Huisvesting door het Rijksvastgoedbedrijf

Doelmatig en doeltreffend beheer van rijksvastgoed

De komende jaren moet het Rijksvastgoedbedrijf fors besparen: € 142 miljoen op kantoorhuisvesting en € 25 miljoen op de eigen organisatie. Het risico bestaat dat de besparingen niet op tijd worden gehaald.
Daarnaast wil het kabinet met vastgoed bijdragen aan maatschappelijke doelen, zoals behoud van werkgelegenheid. Het nastreven van zowel financiële als maatschappelijke doelen kan frictie geven. Transparantie is dan een vereiste. Dit komt naar voren uit ons eerste rapport in de reeks Vastgoed in de publieke sector: Huisvesting door het Rijksvastgoedbedrijf.

Conclusies

Uit dit onderzoek komen de volgende conclusies naar voren.

Toename efficiëntie rijkshuisvesting:

  • sluitend kostprijsmodel nodig bij Rijksvastgoedbedrijf;
  • efficiëntieverbetering Rijksvastgoedbedrijf moet beter worden onderbouwd;
  • benchmarking nuttig voor beter beeld van doelmatigheid Rijksvastgoedbedrijf;
  • escalatiemodel nodig voor rijksbrede afweging kosten en baten.

Besparingen op kantoorhuisvesting:

  • daadwerkelijke besparing niet bekend;
  • doelmatigheid onbekend;
  • risico op vertraging.

Bijdrage van vastgoed aan maatschappelijke doelen:

  • eerste stappen gezet naar meer aandacht voor maatschappelijke doelen;
  • dilemma tussen twee publieke doelen: financieel en maatschappelijk belang.

Aanbevelingen

Op grond van onze conclusies zijn we tot de volgende aanbevelingen gekomen.

  • We bevelen de minister voor WenR aan om prioriteit te geven aan het ontwikkelen van een sluitend kostprijsmodel bij het Rijksvastgoedbedrijf. Pas dan kan inzichtelijk worden wat de huisvesting, en daarmee het beleid van het Rijk, daadwerkelijk kost.
  • We bevelen aan om de actuele marktwaarde van het rijksvastgoed inzichtelijk te maken, om te kunnen sturen op de doelmatigheid van keuzes over vastgoed.
  • We bevelen de minister aan om transparant te zijn over de manier waarop financiële en maatschappelijke doelen tegen elkaar worden afgewogen bij het nemen van vastgoedbeslissingen.
  • We bevelen de minister aan een escalatiemodel uit te werken voor de situatie dat het Rijksvastgoedbedrijf en de departementen samen niet tot overeenstemming komen.
  • We bevelen de minister aan om de portefeuillestrategie van het rijksvastgoed te verbreden naar een (semi-)publieke vastgoedstrategie per regio. Daarin dient hij ook de vastgoedstrategie van gemeenten, zorg- en onderwijsinstellingen en andere uitvoeringsorganisaties mee te nemen.
  • Tot slot bevelen we aan om in de voortgangsrapportages over de masterplannen structureel dezelfde uitgangspunten en wijze van berekenen te gebruiken en te laten zien welke dat zijn. Laat ook zien wat de incidentele en structurele kosten zijn van de masterplannen.

Reactie minister voor WenR

De minister voor WenR onderschrijft op hoofdlijnen de aanbevelingen uit het rapport. Hij ziet ze als ondersteuning van lopende trajecten op weg naar een meer flexibele en efficiënte rijksdienst.

Toename efficiëntie rijkshuisvesting: de minister stelt dat hij aan de ontwikkeling van een kostprijsmodel voor het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) hoge prioriteit geeft en verwacht dat die ontwikkeling in de tweede helft van 2015 kan worden afgerond. Als het kostprijsmodel er is, zal de minister ook de mogelijkheden voor benchmarking van de diensten van het RVB onderzoeken en uitwerken. Onze aanbeveling om periodiek de actuele marktwaarde van alle panden in de voorraad te bepalen, neemt de minister niet over.
Verdeling verantwoordelijkheden: de minister geeft aan dat op dit moment de verantwoordelijkheidsverdeling tussen het RVB en zijn opdrachtgevers nader uitgewerkt wordt, in het kader van de governance van het nog te vormen agentschap.

Bijdrage van vastgoed aan maatschappelijke doelen: het RVB bevraagt departementen actief over beleidswensen en beleidsdoelen voor handelen met rijksvastgoed. De bijdrage van het RVB aan maatschappelijke doelen zal echter altijd plaatsvinden binnen de financiële kaders van de rijksbegroting en wet- en regelgeving. Bovendien, zo stelt de minister, moet het RVB marktconforme prijzen hiervoor hanteren, omdat er anders sprake zou zijn van concurrentievervalsing. Over het weergeven van een (langetermijn)strategie op kaarten zegt hij dat dit gevoelig ligt, omdat met vastgoedtransacties vaak grote financiële belangen zijn gemoeid bij zowel de overheid als marktpartijen.

Besparingen op kantoorhuisvesting: de minister is inmiddels gestart met de actualisatie van de masterplannen. Hij zegt toe gelijke uitgangspunten te gebruiken bij de actualisatie van de plannen en berekeningen.

Nawoord Algemene Rekenkamer

Wij beseffen, zo stellen wij in ons nawoord, dat periodiek waarderen geld kost en dat het niet van alle panden eenvoudig is om een actuele waarde te bepalen. Tegelijkertijd kan het nog meer geld kosten als geen gebruik wordt gemaakt van de actuele marktwaarde bij beslissingen over afstoot. Daarom adviseren wij de minister om de mogelijkheden te onderzoeken om periodiek de marktwaarde in beeld te brengen.

De minister gaat niet in op onze aanbeveling om transparant te zijn over hoe maatschappelijke doelen ten opzichte van elkaar en ten opzichte van financiële doelen worden afgewogen bij keuzes over rijksvastgoed. Wij vinden dat helder moet zijn wie deze afweging kan maken en welke factoren bepalend zijn voor een gemaakte keuze. Dat is ook voor het parlement relevant wanneer keuzes leiden tot maatschappelijke en politieke discussie.